‘Sta op als je voor Groningen bent.’ De harde kern van de Groningen supporters schalt in het mooie Euroborg richting hun FC. Om me heen staat iedereen op en zingt hardop mee. Want daar waar het op het veld tegen Vitesse deze woensdagavond, de 22e september maar moeizaam lukt, moet het dus maar vanaf de tribunes komen.
De hele woensdag heb ik me erop verheugd. Eindelijk, na ruim een jaar, kan ik mijn seizoenkaart trots aan de suppoost tonen, hopend dat hij ziet dat ik helemaal uit Dronten kom. Hij zal onder de indruk zijn. Zeker ook daarna als hij mijn Amsterdamse zwager en zijn kaart gaat zien. Wellicht maakt hij een buiginkje voor ons, een glimlach of knipoog. Uit respect voor deze twee van ver komende supporters. Maar als we bij aankomst de beste man onze kaarten laten zien, verblikt of verbloost hij niet. Met een ‘fijne wedstrijd’ moeten we het doen waarna de volgenden aan de beurt zijn.
We lopen naar binnen en het mooie daarvan is dat je dan direct de rondgang opgaat. Geen enkel stadion in Nederland heeft zo’n unieke rondgang. Terwijl je onder de tweede ring loopt, kijk je het veld op en die eerste blik is telkens weer indrukwekkend. Wat is dit toch een prachtig stadion. Het publiek zeer dicht op het veld, het overweldigende groen van gras en kuipjes en geen hek te zien. Als je het al zou willen zou je zo het veld op kunnen.
We kijken even en gaan dan het trappenhuis in om op de tweede ring onze stoeltjes te zoeken. Die staan in vak KK en vanaf onze groene kuipjes hebben we een prachtig uitzicht op het veld. Terwijl ik zo zit voel ik weer hoe het ook al weer is. Het is thuiskomen bij de club die ik van jongs af aan aanmoedig. Als klein jochie van acht met grote ogen voor het eerst in het toenmalige Oosterpark, later als seizoenkaarthouder hangend in de hekken. Grote vreugde door Europese successen of het winnen van Veendam, Heerenveen en Twente. Maar ook groot verdriet na het verliezen van Veendam, Heerenveen en Twente. Op de vlucht voor voetbalhooligans, ontroerd bij het debuut van Robben, Suarez, de magistrale Djurovski en de anatomisch gezien niet geheel flegmatieke Eijkelkamp. Later veel wedstrijden in de Euroborg met dan in 2015 het absolute hoogtepunt en het hoogst haalbare feest voor Groningen, het winnen van de KNVB beker. Dankzij Drontenaar Engelvaart ben ik daar op de eretribune in de Rotterdamse Kuip bij aanwezig. Ik beleef er mijn mooiste voetbaldag ooit.
Verwachtingsvol kijk ik nu op deze woensdagavond de tribunes langs. Het stadion, vanwege de coronamaatregelen, niet helemaal gevuld maar toch snel sfeervol gemaakt door het zingen, springen en dansen van de fanatieke supporters achter één van de doelen. Ik merk dat ik door dit gezang wat hoopvoller gestemd raak over hoe de wedstrijd zal gaan verlopen. Vitesse speelt tot nu toe in de competitie erg moeizaam, dus waarom zouden we niet gaan winnen?
Als de wedstrijd begint, ben ik optimistisch. En hoewel de eerste 30 minuten dramatisch traag en saai zijn, reken ik toch nog steeds op drie punten. Maar dan, plots vanuit het niets, zie ik in de 36e minuut een Vitesse speler op de grond liggen. Het spel bevindt zich dan ca. 50 meter verderop. Er is blijkbaar iets gebeurd, maar mijn zwager en ik hebben het niet gezien. De scheidsrechter blijkbaar ook niet maar fluit dan toch en toont het vierkante gebaar hetgeen betekent dat hij door de VAR geroepen wordt om naar beelden te kijken van wat daarvoor blijkbaar is gebeurd. Het duurt maar kort. Dan loopt hij weg van de monitor en toont de rode kaart aan de Groninger Te Wierik. Niemand die het heeft gezien, dus een ieder is volstrekt onaangenaam verrast. En dat, dat valt duidelijk niet goed bij die fanatiek zingende en hossende fans van de FC. Alsof het afgesproken is, stopt het zingen direct en gaat men over op het gooien van het in plastic bekers geschonken bier dat menigeen in handen heeft.
Als minuten later vlak voor het begin van de tweede helft de keeper van Vitesse zijn doel zoekt, is dat het moment om opnieuw met bekers bier te gaan gooien. En deze keer met resultaat. Want één worp raakt de doelman die daarna dramatisch ter aarde stort. Het publiek begint nu angstaanjagend te joelen en terwijl de emoties het stadion binnen golven, verdampt het Groninger verstand in razend tempo. Als kort daarna vier half geklede idioten het veld betreden en een soort van kat en muis tikspel met Groninger stewards spelen om uiteindelijk toch gepakt te worden, is mijn avond voorgoed vergald.
Een half uur later begint dan toch de tweede helft waarna het maar kort duurt als opeens het lied ‘Sta op als je voor Groningen bent’ ingezet wordt door de supporters uit het vak waaruit inmiddels zo’n 60 bekers bier gesmeten zijn. In het hele stadion gaan mensen staan en brullen mee, behalve bij dat ene stoeltje daar in vak KK. Want waarom zou ik meedoen met het gezang dat ingezet wordt door de schreeuwerds die mogelijk hierdoor het gevoel krijgen dat ze goed bezig zijn geweest. Natuurlijk wil ik staan en zingen voor mijn club, maar dan wel omdat het team het nodig heeft, niet omdat op deze manier verhuld kan worden wat een grote groep teweegbrengt, namelijk lak hebben aan fatsoen en normaal gedrag.
Die nacht kruip ik om 0.45 uur in mijn Flevolandse bed en slaap ik slecht in. Mijn avondje FC Groningen waar ik zo naar had uitgekeken, vergald door mensen die in principe hetzelfde willen als ik, namelijk het beste voor ons FC Groningen. Maar dat is vanavond beslist niet gebeurd.
Wil je op de hoogte blijven van nieuwe verhalen? Registreer dan je mailadres op https://www.gertspeelt.com/blog en krijg vervolgens wekelijks gratis een bericht in je mailbox zodra een nieuw verhaal is gepubliceerd.
Comentários