In het najaar van 2014 nam Stichting Projecten Rondom het Greppelveld te Dronten contact met mij op. Deze stichting beheert een aantal groengebieden in Oostelijk Flevoland. De vraag was of ik een verhaal wilde schrijven dat zou passen bij het Torenbosje, een bosje gelegen halverwege de N309 Dronten-Elburg.
Ik antwoordde dat ik eerst wilde weten waarom dat bosje het Torenbosje heet. Het antwoord fascineerde me meteen: ‘Omdat er in de jaren 60 van de vorige eeuw geboord is naar olie!' Ik hoorde verder dat er destijds geen olie werd gevonden. Maar voor een verhaal is dat niet interessant! Op 27 juni 2015 werd het Torenbosje geopend en vertelde ik daar het verhaal ‘Het geheim van het Torenbosje’. Een onwaarschijnlijk verhaal waarbij fictie en feiten met elkaar vermengd zijn.
En was daarmee het verhaal af? Nee! Want op de plek waar ooit een boortoren stond, stortte in de Tweede Wereldoorlog een Engels vliegtuig neer. De piloot wist zich met de parachute te redden. Maar navigator Alfred Kitchen kwam om en werd in 1945 begraven op de begraafplaats te IJsselmuiden. En met het verder graven in de geschiedenis van deze Alfred Kitchen ontstond contact met zijn familie.
Contact dat er toe leidde dat een nieuw verhaal geschreven werd: het echte verhaal van Flying Officer Alfred Kitchen.
Heeft u ook een speciale plek of gebeurtenis waarbij een verhaal hoort? Neem dan gerust contact op om te kijken of GertSpeelt mee kan denken in het ontstaan van een nieuw verhaal dat de wereld in moet.
Het verhaal van Alfred Edward Kitchen en Maurice Williamson en hun De Havilland Mosquito B Mk.XVI - ML 979 - HS - A
In de volgende publicatie is het verhaal te lezen over mijn zoektocht naar wat er is gebeurd in de nacht van 27 november 1944 met Alfred Edward Kitchen en Maurice Williamson en hun De Havilland Mosquito B Mk.XVI - ML 979 - HS – A. Het is een aangrijpend en indrukwekkend verhaal.
Jan Doemdraaier zat veur de kachel. Boeten was ‘t kold, maor hier binnen, zo dicht bij de kachel had e het gooud...
Hie keek wat deur t raompie naor boeten, naor zien steeinen en markte niet dat achter hum zien vrouw Jannechien de kaomer binnen kwam. Pas toen Jannechien zich met een dikke zucht leuit vallen in heur stooul, keek Jan op. Die zucht van Jannechien, dat was ok zien zucht. Jan keek zien vrouw iens aan. Jannechien keek terug. Beide zeeiden niks, maor de blikken zeeiden zoveul.
In een land, hier ver vandaan, woonde lang geleden koning Arnoldus, koningin Manja en prinses Isabella.
Ze woonden in een prachtig kasteel met mooie torens en hoekige kantelen. De slotgracht was diep, het valhek puntig en scherp en de kasteeltuin was zeldzaam mooi.