top of page
Zoeken

Mag ik gevaccineerd?

Bijgewerkt op: 20 feb. 2023

Zaterdag 16 januari 1999, het is warm, benauwd, stoffig en lawaaierig. Ik zit in een taxibusje en ben onderweg naar Dalmiapuram, een klein plaatsje in de deelstaat Tamil Nadu in het zuiden van India. Na een succesvol doorlopen sollicitatieprocedure ben ik samen met vier andere jong volwassenen uitgekozen als deelnemer van een Group Study Exchange missie, georganiseerd door Rotary Noord-Nederland. Onder begeleiding van een Nederlandse Rotary groepsleider verblijven we vijf weken in dit bijzondere land. Gedurende de reis bezoeken we onder andere tempels, scholen, instellingen, bedrijven, ziekenhuizen en fabrieken. We logeren bij gastgezinnen van lokale Rotaryclubs en houden om de drie à vier dagen een presentatie over Nederland. We hebben er al een aantal weken op zitten en verbazen ons elke dag over dit waanzinnige land.


Die middag kijk ik uit het raampje van ons busje en zie in de verte de contouren van een enorme fabriek opdoemen. ‘There my friends, there is Dalmiapuram and our great factory’, schalt de chauffeur naar ons. Zijn stem komt nauwelijks boven het gerammel van het busje uit, maar we krijgen het mee en kijken vol ontzag naar de great factory. Een fabriek die bij het dichterbij komen immense vormen aanneemt. Het is op dat moment één van de grootste fabrieken in heel Azië.


Als we het fabrieksterrein oprijden ben ik stil. Zodra de chauffeur zijn busje parkeert, stappen we uit waarna we ver achterovergebogen naar boven kijken en de hoogte van de gebouwen proberen te bevatten. Nog nooit zag ik zo’n grote en indrukwekkende fabriek. Als ik mijn hoofd weer laat zakken staat voor ons een meneer die vriendelijk naar ons glimlacht. De heer Subramanian is General Manager van deze cementfabriek en ontvangt ons hartelijk. Wat volgt is een rondleiding over het terrein en door de fabriek. Daarna gaan we naar buiten en bekijken de kalksteengroeve waarin enorme graafmachines de aarde uithollen. Het maakt me verdrietig om te zien hoe verwoestend er met het landschap omgegaan wordt. Onze gids echter vertelt trots zijn verhaal en gaandeweg wordt me duidelijk dat deze fabriek meer is dan een fabriek. Heel Dalmiapuram is gericht op deze fabriek, iedereen is er economisch van afhankelijk. De fabriek betaalt en bepaalt.


Die avond worden we door de lokale Rotaryclub hartelijk ontvangen en in schitterende Indiase gewaden gestoken. Ieder een stip op het voorhoofd en daarna een korte presentatie, waarbij meneer Subramanian als president van de club tevreden toekijkt. Aan het eind van de avond wenst hij ons een goede nacht en sluit af met: ‘See you tomorrow, at the vaccination’. Vaccination? Verbaasd kijk ik naar Dick, onze onvolprezen groepsleider. Die grijnst en zegt: ‘Ja jongens en meisjes, morgen gaat er gevaccineerd worden, welterusten!’ En met die woorden verdwijnt hij naar zijn gastgezin.


Die nacht droom ik over de vaccinaties in mijn kinderjaren.


Ik kan me de prikken die ik kreeg nog een beetje herinneren. Ik vond het als kind waarschijnlijk niet leuk, maar onderging het rustig. Ik heb er geen trauma’s aan overgehouden, maar dat is niet zo verwonderlijk. Ik ben groot gebracht door twee nuchtere ouders die prima aanvoelden aan welke mogelijke problemen je wel, maar vooral ook aan welke je geen aandacht moest geven. Ik kreeg ze allemaal, de prikken tegen difterie, kinkhoest, tetanus, polio, bof en mazelen. Er was geen discussie over het wel of niet vaccineren. Je deed dit gewoon want je wilde die nare ziektes niet krijgen.


Terug in India ben ik de volgende dag al vroeg wakker. Na het ontbijt word ik opgehaald en brengt een taxibusje ons naar het plaatselijke ziekenhuis. Als we parkeren zie ik veel ouders met kleine kinderen in een rij en daarbij staat een stralende heer Subramanian. Even flitst door mijn hoofd of deze man wellicht ook directeur van het ziekenhuis zal zijn, maar verdere gedachten worden geremd door leider Dick die ons toespreekt. ‘Jongens, let op. We gaan hier kijken hoe kinderen een poliovaccin krijgen. Rotary International zet zich vanaf 1985 in om polio de wereld uit de krijgen. Ze ondersteunen met geld en middelen door wereldwijd vaccins aan te bieden. Vandaag gebeurt dat hier en ik ben gevraagd of ik ook een aantal kinderen wil vaccineren. Je zal zien dat er fotografen van de lokale en regionale pers bij zullen zijn dus graag wel even zonnig kijken hè.’ Waarna Dick zich omdraait en naar onze gastheer loopt. Een beetje verward blijf ik achter. Natuurlijk is het top dat de kinderen hier gevaccineerd worden, maar kan Dick dat? Weet hij hoe je moet prikken? Arme kinderen…


Twintig minuten later is de pers aanwezig en knielt onze leider voor een vader die zijn zoontje op zijn schoot heeft liggen. Op het moment dat Dick het kindje niet prikt maar druppels toedient, flitsen de fototoestellen. Geschrokken en verwilderd kijkt het kindje na de vaccinatie in het rond. Wat een drukte en gedoe om hem heen. Zijn vader staat op en bedankt Dick hartelijk, waarbij meneer Subramanian niet vergeten wordt en ook hij zijn bedankjes ontvangt. Niemand die er verder op let maar ik zie dat het kindje zachtjes begint te huilen. Niet vanwege pijn, meer vanwege al die toestanden om hem heen. Dan kijkt hij plotseling naar mij, ik aai hem over zijn bol en glimlach.


Ik denk terug aan mijn vaccinaties. Die verliepen rustig en ik hoefde niet te huilen. Dat is het grootste verschil tussen dit jongetje en mij. Maar belangrijker is de overeenkomst. Beide kindjes hebben ouders die niet twijfelden aan het nut van vaccinaties




 

Wil je op de hoogte blijven van nieuwe verhalen? Registreer dan je mailadres en krijg vervolgens wekelijks gratis een bericht in je mailbox zodra een nieuw verhaal is gepubliceerd.

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page