Het is alweer jaren geleden dat ik een nieuwe buurman kreeg. Nog voordat ik er erg in had stond hij destijds voor mijn neus en stak zijn hand uit. ‘Mein name is Sandor.’ Aha, zo heette hij dus, mijn nieuwe buurman, die sprak met een opvallend Duits accent. Opvallend want ik had al vernomen dat de beste man uit Hongarije afkomstig was. Maar, zoals ik later hoorde, een aantal jaren werkervaring in Duitsland hadden ervoor gezorgd dat hij zich uitstekend in het Duits kon redden.
De weken gingen voorbij en ik kwam steeds meer over hem te weten. Duits was onze verbindende taal en we spraken over van alles. Toen Sandor mij vroeg of ik voetbalde vertelde ik dat ik inderdaad speelde bij de plaatselijke asvDronten en wel in het 9e team. Ik zei erbij dat ik enorm goed was, waarna ik een bulderende lach liet horen. Want hoewel ik ontzettend veel plezier aan het voetballen beleefde en op zich wel een balletje kon trappen, was ik toen én eerder én later nooit echt de beste. ‘Ich hab auch gefussbalt, in Hongarije’, zei Sandor, ‘Ich war semiprof’.
Even twijfelde ik aan wat ik had gehoord. Zei de beste man nu dat hij gevoetbald had op semiprofessioneel niveau? Mijn gedachten dwarrelden af richting mijn team. Stel je voor, een Hongaarse semiprof in mijn hakkenkrukteam. Want om eerlijk te zijn waren er meer in mijn team die zeker niet de beste waren. Het gold ook voor mijn illustere teamgenoten als Han De Man, Peter Da Hook, Drillem Willem, de GKL, Jeroen van de Prins geen kwaad, Co de Kogel, Timmertje Tim, Ewaussie, Good Old Nico, Rappe Raymond, Riny met de Pluim, de GKL, de Zaal, Timmerjan, de Trucker, Edwin de Duim, Rauwe René en ga maar door. Ja, dit hadden we gemeen, we waren allemaal niet de beste in dat team van asvDronten 9.
De week erop nam ik mijn Hongaarse verrassing mee naar de training. Ik hoefde hem niet voor te stellen, dat deed hij zelf. Wat volgde was een training waarin inderdaad duidelijk te zien was dat hij op een hoger niveau gespeeld had dan waar wij ooit over hadden durven dromen. Na de training was het snel gepiept. De transfersom was een kan bier, die betaalde hij met plezier, waarna asvDronten 9 verder ging met deze geweldige vent.
Een aantal jaren, vele doelpunten en nog meer missers verder hoorde ik op een vroege zaterdagmorgen allerlei bouwwerkzaamheden vanuit de tuin van mijn Hongaarse vriend. Ik ging naar buiten, keek over de schutting en zag dat er gegraven, gezaagd en getimmerd werd. Hij had me er al over verteld, over de bouw van een overdekt terras in zijn achtertuin. Nu was hij dan begonnen. ‘Hé’, riep ik hem toe, ‘bouwt deze Hongaar hier zijn eigen Hangaar?’ Sandor grijnsde en bouwde stug door. Die Hangaar werd vervolgens een paar weken later officieel ingeluid met, uit de Hongaarse heksenketel op houtvuur gebrouwen, goulash en Nederlands bier.
In ons voetbalteam ging het zoals altijd. We werden net als de jaren ervoor nooit kampioen en wonnen zelden. De kwaliteitsimpuls die Sandor bracht, verdampte als sneeuw voor de zon. Maar dat hinderde de pret niet. De onderlinge band groeide en toen we hoorden dat er op 29 maart 2011 een interland aan zat te komen tussen Oranje en Hongarije was het besluit snel genomen; hier wilden we naar toe. Omdat Sandor als enige van ons team lid was van Ons Oranje waren negen tickets snel geregeld. Tijdens die wedstrijd, waarin we allen in Oranjeshirt in de Amsterdam Arena toekeken, scoorde van Persie al rap 1-0. We sprongen op, juichten en knuffelden de Boerman, zoals Sandor inmiddels in ons team was gaan heten. Het bleef 1-0 die eerste helft, maar in de eerste minuut van de tweede helft werd er opnieuw gescoord. Ditmaal bleef iedereen stil zitten, behalve één man in een oranje shirtje met een opvallend Duits accent. De Boerman stond te dansen en te springen in zijn Oranjeshirt: Hongarije kwam op 1-1. En nadat de beste man minutenlang had staan joelen en springen en daarna eindelijk weer was gaan zitten, werd er andermaal gescoord door Hongarije; 1-2. Opnieuw sprong datzelfde kereltje op van zijn stoel en was even de koning van de Arena. Even inderdaad want uiteindelijk won Oranje met 5-3. Maar de Hongaarse pretoogjes twinkelen er niet minder om. We hadden samen een topavond gehad en dat was de grootste winst.
Op 11 oktober 2013 zaten we er weer. Opnieuw een Nederland-Hongarije waarbij de Boerman zich deze keer had getooid in een Hongaars voetbalshirt. Een heel vak Oranje met één Hongaars shirt. Een heel stil shirt overigens want na 38 minuten stond het al 3-0 voor Oranje. Toen in de 44e minuut Van Persie voor de 4-0 zorgde en we opsprongen vanwege de mooie goal was er plotseling beweging in de Boerman. Hij sprong op, trok zijn Hongaarse shirt uit waarna een blije Sandor mee juichte in zijn fraaie Oranjeshirt. De avond eindigde in 8-1, met een aantal mooie goals, maar het gedenkwaardigste moment was toch wel het shirtje wisselen van onze Hongaar.
Toen vorige week het EK begon, gebeurde wat ik al had vermoed. De Hangaar van de Boerman werd, zoals bij elk groot voetbaltoernooi, verbouwd tot voetbaltempel waarin Hongaarse en Oranje vlaggen elkaar afwisselen. Gedurende het hele toernooi staat de tv dan aan en kan iedereen die maar wil genieten van welk EK potje dan ook. En hoewel het de afgelopen week nog niet is gebeurd zal het er binnenkort zeker van komen, de driepoot met heksenketel zal uit de schuur gehaald worden waarna heerlijke Hongaarse geuren van vers gemaakte goulash zich door de buurt verspreiden. Dan zal het vast het niet lang duren voor de voetballers van oud asvDronten 9 een bezoekje komen brengen aan die fantastische plek; de Hangaar van de Boerman! Want Hongaarse goulash in de Hangaar, daar kan niets tegenop!
Wil je op de hoogte blijven van nieuwe verhalen? Registreer dan je mailadres op https://www.gertspeelt.com/blog en krijg vervolgens wekelijks gratis een bericht in je mailbox zodra een nieuw verhaal is gepubliceerd.
Comments