Het liefste was ik nu even niet hier, maar zat ik in een Zweeds houten huis aan een meer, diep verscholen in het bos. Was ik vanochtend wakker geworden van het getetter van overtrekkende zwanen. Liep ik op mijn blote voeten over de houten vloer waarop van die Zweedse geweven vloedkleedjes lagen. Ging ik naar de kachel, pakte een paar houtblokken en aanmaakhoutjes en stookte een vuurtje. Terwijl het brandde, ging ik me douchen en aankleden. Kookte ik twee eitjes, perste zes sinaasappels, smeerde vier knäckebrödjes en belegde die met kaas en jam. Dekte de tafel, zette een rustig muziekje op en ging terug naar de slaapkamer om Lilian wakker te maken en uit te nodigen om in de warme kamer samen te genieten van het ontbijt, het weidse uitzicht en de stilte van de morgen.
Of nee, het liefste was ik nu in Griekenland op camping Delphi. Stapte ik uit de camper en keek over het dal waar ik tot aan de Golf van Korinthe tienduizenden olijfbomen zachtjes zag wiegen in een zwoel windje. Deed ik daarna mijn zwembroek aan en dook het zwembad in. Dreef ik op mijn rug en zag boven me een wolkeloze hemel. Droogde ik me af, at een broodje en liep daarna naar dé steen van Delphi, waar ooit het orakel opzat. Ik klom erop en voorzag de hele dag alle bezoekers van hoopgevende profetieën. Om aan het einde van de dag op een terras in het centrum een ijskoude Ouzo te drinken, souvlaki te eten en daarna naar mijn camper te gaan. Ik pakte mijn campingstoel, deed de rugleuning naar achteren en zou de hele nacht naar de sterren kijken en mijmeren over betere tijden.
Of nee, wacht, het liefste was ik in de Meenakshi tempel in Madurai in Zuid-India. Liep ik direct naar het beeld van God Kali en pakte ik uit de bak die voor het beeld stond vijf boterballetjes. Ik gooide die naar het beeld en zag dat het steeds raak was. En terwijl ik mijn welgemikte worpen vierde, deed ik snel vijf wensen. Liep ik daarna naar het beeld van de Godin Shiva en brandde voor haar, mezelf en voor iedereen een kaarsje en prevelde ondertussen naar Shiva dat ze haar best moest doen in het verspreiden van de liefde. Verliet ik daarna de tempel en liep naar één van vier gopurams en zou met bewondering kijken naar die honderden felgekleurde beelden die deze torens versieren en me realiseren dat mensen ook mooie dingen kunnen maken.
Maar waar ik het liefst zou zijn doet er niet toe. Want ik ben gewoon thuis in Dronten en daar zal ik het mee moeten doen. Dus zoek ik de tekst die Martin Luther King ooit sprak. We will not be satisfied until justice rolls down like waters. If we cannot fly, we will run; if we cannot run, we will walk; if we cannot walk, we will crawl; but we will never turn back. En krijg ik weer hoop en kan er wat beter tegen als ik de Trumps, de Fabers en de Wildersen hoor raaskallen.
Wil je meer verhalen van me lezen? Kijk dan eens op https://www.gertspeelt.com/ Je kunt daar ook mijn boek ‘Kunnen we het nog aan?’ bestellen met daarin meer dan 100 verhalen.
Comments