top of page
Zoeken

De vooruitgang

Vandaag belde ik met mijn bank. Na twee keer overgaan werd er opgenomen. ‘Hallo met Gert Talens’, zei ik nietsvermoedend. Maar nog voordat ik uitgesproken was sprak een computerstem door me heen. Ik moest het hele bandje afluisteren. Daarna moest ik een nummer kiezen en afsluiten met een hekje. Ik deed het braaf. De telefoon ging opnieuw over. Nu duurde het langer. Na een aantal keren hoorde ik opnieuw een opgenomen stem. ‘Het is momenteel erg druk, probeert u het later nog eens een keer. We wensen u een fijne dag.’

 

Ik kreeg zin in koffie. Terwijl ik het zette dacht ik terug aan toen ik als kind mijn geldzaken in Eext deed waar Rabofiliaalhouder Jaap Wieringa nagenoeg iedereen in het dorp als klant had. In de jaren 80 werd ik klant. Het eindbedrag van mijn Zilvervlootboekje stortte ik op mijn eerste echte bankrekening. Het geld dat ik met klusjes verdiende bracht ik met enige regelmaat naar de bank. Ik vond het erg leuk bij die bank. Je zag de kluis, je zag het geld en ik vroeg me vaak af of directeur Jaap niet eens stiekem de neiging had om wat van mijn verdiende geld in zijn eigen sokje te stoppen. Maar nee, ik heb hem er nooit op betrapt. Hij was goudeerlijk en kon het zich ook niet permitteren want iedereen in het dorp kende hem. Toch las ik mijn bankafschriften altijd goed na. Niet uit wantrouwen, maar omdat ik dat leuk vond. Ik bewaarde ze ook, jaar in jaar uit. Ik was er trots op! Mijn geld, mijn rekening, mijn onafhankelijkheid!

 

Toen ik in 1989 naar het Overijsselse Hengelo verhuisde nam ik mijn spullen mee. Mijn platen, mijn cassettebandjes, mijn boeken en posters, mijn bed en natuurlijk ook mijn banknummer en rekeningafschriften. ‘Wat is dat een gek nummer’, zei een medewerkster van de loonadministratie van mijn werkgever in Enschede. ‘Ja’, zei ik trots, ‘dat is mijn Rabobanknummer, vanuit Eext in Drenthe.’

 

In 1991 kwam ik in Dronten. Er waren veel dingen waar ik over moest beslissen. Waar wonen? Welke kapper? Welke winkel? Welke kroeg? Een mens staat soms voor moeilijke keuzes. Maar één ding hoefde ik niet te kiezen. Dat was mijn banknummer, want mijn oude nummer bleef gewoon geldig.

Maar na een poosje kwam er een onaangename wijziging. Voortaan moest ik betalen voor mijn eigen bankafschriften! Weer wat later werden de afschriften nog maar één keer per maand gestuurd en kort daarna waren mijn inkomsten en uitgaven alleen nog maar vanaf het scherm te zien. Zo was ik mijn eigen Jaap geworden.

 

Toen begon in 2008 de bankencrisis. Veel bankgeld bleek gebruikt te zijn voor allerlei dubieuze zaken. Torenhoge bonussen, niet traceerbare geldhandel, buitenlandse aandelen en kwalijke investeringen in bijvoorbeeld bedrijven die zich op grote schaal bezig hielden met ontbossingen waarbij inheemse keuterboertjes slachtoffer waren. Ook ‘mijn’ Rabobank deed er aan mee. Ik vond het vreselijk maar ondernam nog geen stappen. Dat veranderde toen de Liborzaak aan het licht kwam. Op grote schaal werden internationale rentetarieven gemanipuleerd. Topmannen van de Rabobank deden er volop aan mee. Er werd een boete opgelegd van ruim 750 miljoen euro. Maar dat was nog niet alles want als protest zegde ik mijn bankrekening op. Dat was even slikken want hiermee nam ik dus afscheid van mijn rekening waarmee ik groot was geworden.

 

Inmiddels zit ik alweer jaren bij een andere bank. Een beeldschermbank zonder kantoor. Een bank zonder een Jaap maar met een computerstem die me een fijne dag wenst. Terwijl ik mijn koffie drink, denk ik terug aan de bank van vroeger en aan Jaap Wieringa. Die me persoonlijk begroette als ik in zijn bank stond. ‘Kom je weer wat storten jongen? Heel goed!’ En als ik daarna op mijn fiets weg wilde rijden riep hij: ‘Een fijne dag hè!’

 



 

Wil je meer verhalen van me lezen? Kijk dan eens op https://www.gertspeelt.com/ Je kunt daar ook mijn boek ‘Kunnen we het nog aan?’ bestellen met daarin meer dan 100 verhalen.

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page